top of page

OVERVERHITTING

oververhitting.png

Wanneer is er sprake van ernstige Oververhitting?

 

Kort maar krachtig: Als de lichaamstemperatuur boven de 41° C komt.

 

Let wel; Bij honden die in zomerse omstandigheden lichamelijk belast worden, kan de lichaamstemperatuur zeer snel oplopen tot boven 40° C, zonder dat er in dit geval al van oververhitting sprake is.  Als de lichamelijk belasting gestopt wordt, bij het zien van bij oververhitting horende lichamelijke kenmerken (in de eerste plaats  heftig en voortdurend hijgen), hersteld de lichaamstemperatuur zich snel weer naar normaalwaardes.

 

We onderscheiden klassieke Oververhitting, die alleen door de omgevingstemperatuur veroorzaakt wordt, en

Inspannings-oververhitting die door lichamelijke belasting in combinatie met hoge temperaturen en een hoge luchtvochtigheid veroorzaakt wordt.

 

Meestal heb je te maken met een combinatie van de twee varianten.

Als klassiek voorbeeld zal b.v. een hond, die in een auto zit met stijgende temperaturen, een tijd lang vertwijfeld een weg naar buiten zoeken, wat de lichaamstemperatuur nog verder verhoogt.

 

In hoeverre speelt de luchtvochtigheid hierbij een rol?

 

Als de buitentemperatuur lager is als de lichaamstemperatuur , heeft het organisme meerdere mechanismen om warmte kwijt te raken : conductie, convectie, straling en verdamping.

Stijgt de buitentemperatuur naar het niveau van de lichaamstemperatuur, werkt alleen nog verdamping, via de slijmhuid van de neusschelp en door hijgen. Dan wordt het nijpend, en dat natuurlijk vooral bij hondenrassen, die een duidelijk verkleinde neusslijmvlies oppervlakte hebben. Dus bij alle kortsnuiten. Nog nijpender wordt het, bij een klamme hitte met een hoge luchtvochtigheidsgraad, want dan functioneert ook het verdampingsmechanisme niet meer goed.

 

Uit deze feiten komt helder naar voren, waarom juist een in een auto zittende hond zo verassend snel het slachtoffer van oververhitting kan worden.  

 

1. Op het lichaam van de hond, bijvoorbeeld tussen de voorbenen, op de borst en in de lendestreek, bevinden zich dunner behaarde plekken, van waar uit veel warmte afgegeven kan worden. Dit wordt bemoeilijkt door het inperken van bewegingsruimte (bench, etc.) en de daaruit voortvloeiende lichaamshouding.

2. In een auto kan een hond geen koele oppervlaktes vinden (steen, tegels) , of maken (koele aarde), die hij als noodkoeling kan gebruiken.

3. De temperatuur binnen in een auto stijgt zeer snel boven de 35° C, wat tot gevolg heeft dat alleen nog ademen en hijgen voor afkoeling kan zorgen.

4. Door de aanvankelijk hoge lichamelijke activiteit, (onrustig heen en weer bewegen, krabben) stijgt de lachaamstemperatuur verder, en door het onvermijdelijke hijgen stijgt dan ook nog de luchtvochtigheid binnen in de auto, wat de laatste mogelijkheid tot temperatuurregulatie onmogelijk maakt.

 

Nu laten wij onze honden natuurlijk niet in de volle zon in een dichte auto zitten. Maar deze feiten zijn voor onze werkende honden ook van belang. Laat de hond bij warmer weer, voldoende afkoelen na een oefening, voor hij weer in een autobench gezet wordt.

 

Het zoogdierorganisme kan zich (verbazingwekkend eigenlijk) aan veranderende buitentemperaturen aanpassen. Deze acclimatisatie duurt tussen de 10 en 60 dagen. Dit verklaart waarom de meeste gevallen van oververhitting voornamelijk in het voorjaar en vroege zomer gebeuren.

Het is dus erg belangrijk te weten, dat lichamelijke inspanning die in de koelere maanden probleemloos gedaan kan worden, niet zomaar op hetzelfde niveau van de hond gevraagd kan worden zo gauw het kwik in het voorjaar begint te stijgen.

 

Bij temperaturen boven de 30 graden in de zomer zijn periodes van 15 minuten inspanning eigenlijk aan te raden. Deze dan afwisselen met pauzes, schaduw en vrij beschikbaar water.

Monitoren van de lichaamstemperatuur.

Alle goede informatie vooraf ten spijt; Wat te doen als het toch gebeurt:

 

Je komt er onverhoopt voor te staan:

Een hond is extreem warm of raakt zelfs echt oververhit.

Wat doe je?

 

De hond moet direct afkoelen, en wel meteen, nog voor de rit naar de dierenarts.

Er moet actief gekoeld worden, met koel water. De meningen over hoe koud het water mag zijn lopen uiteen. In de humane geneeskunde worden goede resultaten gezien met ijswater. In de diergeneeskunde wordt voorzichtig afkoelen geadviseerd. Waarom dit advies zo hardnekkig stand houdt kan eigenlijk niemand echt verklaren.  Feitelijk is de nood-afkoeling des te effectiever, als hij radicaal en snel uitgevoerd wordt.

Het maakt ook niet echt uit, een bad met ijswater staat meestal toch niet klaar bij een zoekactie in het bos.

De hond moet in ieder geval met zo koud mogelijk water als ter beschikking staat, tot op de huid doornat gemaakt worden. Dat is bij honden met een dichte vacht nog niet zo gemakkelijk. Dus niet te flauw met een handdoekje deppen, maar als het even kan, hup, in de beek, de vaart of het vennetje. Of overgieten met alles wat koud en vloeibaar is. Zelfs een fles cola of limonade uit de koelbox kan hiervoor gebruikt worden. Dat kan wel weer weggewassen worden als alles achter de rug is.

De afkoeling door doornat te maken, kan versterkt worden door luchtstroming c.q. verdamping. Dus eventueel een ventilatortje op een powerbank, waaieren met een tijdschrift, maar beter nog alle ramen helemaal open of airco op vol vermogen op weg naar de dierenarts.

De hond in natte doeken wikkelen gaat de verdamping tegen en is dus niet zinvol.

De rit naar de dierenarts? Is dat nodig? De hond is toch al voldoende afgekoeld?

Het kan goed gaan. Maar uit studies blijkt dat zelfs 50% van de honden met oververhitting, ondanks dierenarts behandeling toch overlijdt. Actieve noodkoeling staat dus niet garant voor overleven. In de dierenkliniek heeft je hond de beste kans de gevolgen te overwinnen.

 

Zeer ernstige oververhitting richt binnen in het lichaam grote en onherstelbare schade aan. In deze gevallen heb je alleen in een dierenkliniek de kans bepaalde noodzakelijke handelingen te verrichten. 

bottom of page